Roosendaal

Een brief aan wethouder Lok over een wat vreemde zinssnede over een station Rozelaar.

Aan de coördinerend wethouder binnenstad.

Roosendaal 2 augustus ’06.

Geachte Heer Lok,

Onlangs mocht ik als raadslid van u ontvangen het aardige fotoboekje over de ontwikkelingen van de Nieuwe Markt. Een aardig initiatief en vooral goed dat omwonenden dit krijgen toegezonden. Dat we het als raadsleden ook krijgen is een aardige geste.

Dat ook aandacht besteed wordt aan de geschiedenis kan ik zeer waarderen. Je moet dergelijke grote projecten inderdaad altijd in de historische ontwikkeling bezien. Helemaal goed dus.

Maar nu moet u mij toch even helpen, want ik heb kennelijk iets gemist. Het boekje gaat terug tot het jaar 1956 met de start van de bouw van de Nieuwe Markt. Het schrijft dan: “Na een moeizame start bloeide de Roosendaalse binnenstad op: mede door de aanpassingen aan de verkeerscirculatie in de binnenstad en de komst van de extra halte voor de spoorlijn naar Antwerpen kreeg het centrum een impuls.”

Dan heb ik toch kennelijk wat gemist. Laat ik nu altijd gedacht hebben dat de komst van de halte Rozelaar na langdurige discussies in de zeventiger jaren, niet door gegaan was. Heb ik het toch bij het verkeerde eind. Maar ja dat kan gebeuren. Dan zie je toch het verschil in kennis tussen een simpel raadslid en de coördinerend wethouder binnenstad.

Daarom beste wethouder wilt u mij verklappen waar die extra halte ligt, dan kan ik als dagelijks treingebruiker daar beter ook eens op- en afstappen.

Alvast hartelijk dank voor u hulp met vriendelijke groeten,

Hugo Polderman raadslid voor de SP.